Een belangrijke verklaring voor Romes overwinning in de Tweede Punische Oorlog, is de invoering van nieuwe munten met een lager zilvergehalte. Met dezelfde hoeveelheid zilver konden de Romeinen daardoor meer soldaten betalen. Ze konden dit doen doordat Italië weinig behoefde te importeren en dus zelden iets moest inkopen tegen een hoger geworden prijs. Inflatoire financiering was echter uitgesloten voor de Karthagers, die steunden op buitenlandse huurlingen. Een in waarde verminderde munt maakte ze duurder. Daar kwam nog bij dat Karthago erts moest importeren, terwijl Rome altijd toegang behield tot de metaalmijnen in Etrurië.
Hierboven een Romeins zilverstuk van voor de inflatie. Het is te zien in het Kunsthistorisch Museum in Wenen.