Hoewel archeologen op allerlei plaatsen Fenicische en Punische resten hebben opgegraven, betreft dat meestal individuele gebouwen. Het havenstadje Kerkouane is een van de weinige opgravingen waar de bezoeker een idee krijgt van een hele nederzetting. Woonhuizen, een heiligdom, werkplaatsen, grafvelden, een stadsmuur: het is er allemaal.
De huizen zijn aan de grote kant en voorzien van een binnenplaats, een aparte badkamer met badkuipen van hydraulisch mortel, keurig plaveisel, een waterput en vaak een tweede verdieping. Net als in Karthago ontbreken de dakpannen, waaruit archeologen afleiden dat de huizen een plat dak hebben gehad. Het heiligdom kende, zoals gebruikelijk in Fenicië, een binnenplaats met een altaar en een podium waarop gewijde voorwerpen zullen hebben gestaan. Een collectie ovale stenen waarvan archeologen niet weten wat ze zijn, is dan weer typerend voor de Libische beschaving. Deze combinatie van culturen maakt de antieke naam “Libofenicisch” begrijpelijk.
Even verderop ligt Kelibia, het antieke Aspis, waar bij het Ottomaanse kasteel nog wat resten zijn te zien van het door de Romeinen veroverde Punische fort.